Het plantenpaspoort

Als je planten naar Nederland, of elk ander land in de Europese unie wilt verzenden, dan moet je daarvoor een plantenpaspoort hebben. Op zo’n plantenpaspoort staat eigenlijk zo’n beetje hetzelfde als op een paspoort voor een persoon. Dat klinkt misschien heel gek. Waarom is dat nodig?

Ten eerste is het belangrijk om even te kijken wat er precies op een plantenpaspoort staat. Wat er duidelijk op moet staan, is het land van herkomst van de plant, nog specifieker de stad en zelfs van welke plantage het komt. Daarnaast staat er bewijs op dat de plant goedgekeurd is door de Europese plantgezondheidsverordening. En er staat duidelijk aangegeven wanneer de reis van de plant van plantage tot bestemming, begonnen is. Zo is alle nodige informatie over de plant die misschien belangrijk kan zijn, in een oogopslag te vinden.

Maar waarom is een plantenpaspoort printen nou nodig om een plant te kunnen verschepen. Het is in 2016 ingesteld door de Europese Unie, om een belangrijke reden. De Nederlandse voedsel en waren autoriteit is er verantwoordelijk voor gesteld. Dit allemaal, om de gezondheidsrisico’s van planten binnen de Europese unie te verminderen. Als een bepaalde lading planten ziek is, dan was het voorheen heel lastig om te achterhalen welke van die planten ziek waren en dus van de rest verwijderd moesten worden. Dit zorgde ervoor dat de gezonde planten die er omheen zijn, ook geïnfecteerd konden worden. Zo verspreidden plantenvirussen zich gauw. Met het plantenpaspoort is het heel makkelijk te zien of de plant inderdaad bij die lading met het virus hoorde en dus verwijderd moet worden van de andere planten.

Zouden er geen plantenpaspoorten zijn, zou de kans op een misoogst in de landbouw of in de tuinbouw velen malen groter zijn. En dit zou catastrofaal zijn voor een op landbouw gericht land zoals Nederland.